Optimistisch op de bank (verder kom ik namelijk niet)
- Nico
- 2 dagen geleden
- 2 minuten om te lezen
Vriendin, ik ga even klagen. Ik ben het inmiddels behoorlijk zat. En ik ben gefrustreerd, oh zo gefrustreerd. We zijn nu zo’n 2,5 maand onderweg in dit traject. De ergste chemokuur heb ik achter de rug en op dit moment zit ik in de ‘pauze’ tussen de kuren. Over 1,5 week start de tweede ronde: 12 weken lang iedere week prikken, pillen en pret (nou ja, pret…).
Tijdens de afgelopen kuur zijn mijn rode bloedcellen er blijkbaar vandoor gegaan - het zinkende schip verlaten. Bedankt hè, voor de teamspirit. Gevalletje bloedarmoede dus. Alsof haarverlies, blauwe nagels, droge mond en een hoofd vol watten nog niet genoeg waren.
Door die bloedarmoede suizen mijn oren en ben ik… moe. En dan niet gewoon “een beetje gapen en naar bed”-moe, maar allesverknetterend, knock-out, bank-ineengezakt, benen-van-110-kilo-each-moe. Serieus, ik kan staand slapen. Dat moet toch een olympische sport worden.
Het lullige is: mijn geest is wél wakker. Althans, redelijk. (Okay, soms een beetje warrig, maar helder genoeg om te weten dat ik niet gek ben.) Dus mijn hoofd wil van alles: boeken lezen, mensen bellen, misschien zelfs een kast opruimen. Maar mijn lijf zegt: “Succes ermee, ik blijf hier liggen.” Het voelt alsof ik een Iron Man heb gelopen en daarna voor de grap nóg een marathon erachteraan heb geplakt. Zonder training. Zonder hardloopschoenen. Op hakken.
En dat frustreert me mateloos. Zo erg dat ik soms mijn hoofd tegen een muur wil bonken. Maar ja, daar word ik alleen maar nog duizeliger van, dus ik laat het maar.
En dan is er sinds kort ook nog dat gemene stemmetje in mijn hoofd. Zo’n gluiperig fluisterstemmetje dat ineens zegt: “En wat als dit allemaal niet genoeg is?” Nou, bedankt hoor. Alsof ik nog niet genoeg te verhapstukken heb.
Ik weet het: ik moet positief blijven, optimistisch, sterk, bla bla bla. En meestal lukt dat ook echt wel. Maar soms… soms is het gewoon even f*cking moeilijk. En vandaag is zo’n dag.
Dus vriendin, ik klaag. Ik zeur. Ik blaas stoom af. En daarna? Daarna doe ik wat ik al die weken doe: diep ademhalen, mezelf bij elkaar rapen en weer verder. Want morgen kan zomaar een betere dag zijn.
En tot die tijd? Lig ik hier gewoon met mijn blauwe nagels te shinen op de bank. Netflix beschouwt me inmiddels vast als hun meest loyale klant. En hé, blauwe nagels en een Netflix-abonnement: zo slecht heb ik het nog niet.
